Ga naar inhoud | Ga naar hoofdmenu | Ga naar het zoekpaneel

Megiddo

Street View

foto's

Kaart

informatie uit woordenboek

Megiddo

Plaats van troepen, oorspronkelijk een van de koninklijke steden van de Kanaänieten ([Jz 12:21 ]), behoorde tot de stam van Manasse ([Ri 1:27 ]), maar lijkt niet volledig bezet te zijn geweest door de Israëlieten tot de tijd van Salomo ([1Kn 4:12 ; 1Kn 9:15 ]).

De vallei of vlakte van Megiddo was onderdeel van de vlakte van Esdraelon, het grote slagveld van Palestina. Hier behaalde Barak een opmerkelijke overwinning op Jabin, de koning van Hazor, wiens generaal, Sisera, het vijandelijke leger aanvoerde. Barak verzamelde de krijgers van de noordelijke stammen en viel, aangemoedigd door Deborah (zie aldaar), de profetes, de Kanaänieten aan in de grote vlakte. Het leger van Sisera raakte volledig in verwarring en werd verzwolgen door de wateren van de Kishon, die waren gestegen en buiten hun oevers waren getreden ([Ri 4:5 ]).

Vele jaren later (610 v.Chr.), trok farao Necho II, op zijn mars tegen de koning van Assyrië, door de vlaktes van Filistea en Sharon; en koning Josia, die zijn voortgang in de vlakte van Megiddo probeerde te verhinderen, werd door de Egyptenaren verslagen. Hij raakte gewond in de strijd en stierf terwijl ze hem wegvoerden in zijn wagen richting Jeruzalem ([2Kn 23:29 ; 2Kr 35:22 -24]), en heel Israël rouwde om hem. Dit rouwbeklag was zo algemeen en bitter dat het een spreekwoord werd, waarnaar Zacharia ([Zach 12:11 ; Zach 12:12 ]) verwijst.

Megiddo is geïdentificeerd met het moderne el-Lejjun, aan de kop van de Kishon, onder de noordoostelijke helling van Karmel, aan de zuidwestelijke rand van de vlakte van Esdraelon, en 9 mijl ten westen van Jizreël. Anderen identificeren het met Mujedd'a, 4 mijl ten zuidwesten van Bethshean, maar de vraag over de exacte locatie is nog steeds onbepaald.

EBD - Easton's Bible Dictionary