Aroër 3
links
Kaart
informatie uit woordenboek
Aroer
ruïnes.
(1.) Een stad aan de noordelijke oever van de Arnon [Dt 4:48 ; Ri 11:26 ; 2Kn 10:33 ], de zuidelijke grens van het koninkrijk van Sihon [Jz 12:2 ]. Het wordt nu Arair genoemd, 13 mijl ten westen van de Dode Zee.
(2.) Een van de steden gebouwd door de stam van Gad [Nm 32:34 ] "voor Rabbah" [Jz 13:25 ], de Ammonitische hoofdstad. Het was beroemd in de geschiedenis van Jefta [Ri 11:33 ] en van David [2Sa 24:5 ]. [Vergelijk [Jes 17:2 ; 2Kn 15:29 ]].
(3.) Een stad in het zuiden van Juda, 12 mijl ten zuidoosten van Beërseba, waar David geschenken heen stuurde na het terugwinnen van de buit van de Amalekieten bij Ziklag [1Sa 30:26 ; 1Sa 30:28 ]. Het was de geboortestad van twee van Davids krijgers [1Kr 11:44 ]. Het wordt nu Ar'arah genoemd.
ruïnes.
(1.) Een stad aan de noordelijke oever van de Arnon [Dt 4:48 ; Ri 11:26 ; 2Kn 10:33 ], de zuidelijke grens van het koninkrijk van Sihon [Jz 12:2 ]. Het wordt nu Arair genoemd, 13 mijl ten westen van de Dode Zee.
(2.) Een van de steden gebouwd door de stam van Gad [Nm 32:34 ] "voor Rabbah" [Jz 13:25 ], de Ammonitische hoofdstad. Het was beroemd in de geschiedenis van Jefta [Ri 11:33 ] en van David [2Sa 24:5 ]. [Vergelijk [Jes 17:2 ; 2Kn 15:29 ]].
(3.) Een stad in het zuiden van Juda, 12 mijl ten zuidoosten van Beërseba, waar David geschenken heen stuurde na het terugwinnen van de buit van de Amalekieten bij Ziklag [1Sa 30:26 ; 1Sa 30:28 ]. Het was de geboortestad van twee van Davids krijgers [1Kr 11:44 ]. Het wordt nu Ar'arah genoemd.
EBD - Easton's Bible Dictionary